Machine Name
status

Coquerels kroonsifaka

De alleen in de noordwestelijke regenwouden van Madagaskar voorkomende Coquerels kroonsifaka (of Propithecus coquereli) is een ernstig bedreigde, middelgrote makisoort. Coquerels kroonsifaka's hebben een opvallend gekleurde witte vacht met donkerrode gedeeltes op de armen, benen en rug, die vaak naar de staart toe vervagen naar grijs. Ze hebben een zwart gezicht met gele ogen en een witte streep over de neus, omgeven door een korte, witte kraag. Er is geen sprake van duidelijke seksuele dimorfie bij deze diersoort.

Saiga

De saiga (of Saiga tatarica) is een runderachtige die voorkomt op de steppen en graslanden van Mongolië, Kazachstan, Turkmenistan, Oezbekistan en Rusland. Het is een bleekbruin dier met een lichte onderkant, grote ogen en ronde oren. De kenmerkende grote neus met grote, brede neusgaten is groter bij mannetjes. Mannetjes zijn over het algemeen groter en zwaarder gebouwd dan vrouwtjes en hebben rechtopstaande, bleke, licht doorzichtige hoorns van 28 tot 38 cm lang. Ze hebben een schofthoogte van 67 tot 81 cm, zijn 1,1 tot 1,4 m lang en wegen tussen de 26 en 69 kg.

Somalische wilde ezel

De Somalische wilde ezel (of Equus africanus somaliensis) is een ondersoort van de wilde ezel, Deze paardachtige komt voor in de woestijnen en halfwoestijnen van Somalië, Djibouti, Soedan, Ethiopië en Eritrea. Het dier heeft een grijze vacht met een lichte onderkant, witte poten die bedekt zijn met dunne zwarte strepen, stijf rechtop staande manen met een zwarte bovenkant, oren met een zwart puntje en een zwart toefje aan de staart. De ezel heeft een lichte snuit die grijszwart kan zijn rond de neus en bek. De mannetjes en vrouwtjes lijken op elkaar.

Damagazelle

De damagazelle (of Nanger dama) is een hoefdier dat voorkomt in de Sahara en de Sahel. De vacht is kort en wit op de buik, poten, achterdelen en gezicht, en roodbruin op de rug, schouders en in de nek. Op de kop van de damagazelle staan grote, uitstekende oren en zwarte, gebogen hoorns. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes hebben hoorns, maar die van de vrouwtjes zijn veel korter. De lengte van de hoorns is bij de mannetjes 25 tot 35 cm. De hoorns van de vrouwtjes zijn gemiddeld half zo lang. Damagazellen hebben een schofthoogte van 95 tot 105 cm en zijn 140 tot 168 cm lang.

Zwarte neushoorn

De zwarte neushoorn (of Diceros bicornis), ook wel de puntlipneushoorn genoemd, is een groot hoefdier dat voorkomt in de graslanden en struweelgebieden van zuidelijk en oostelijk Afrika. Zwarte neushoorns hebben twee hoorns op hun gezicht. De achterste hoorn is veel langer dan de voorste. Ze hebben een dikke, grijze huid, stevige poten, kleine ogen en ovaalvormige oren. De zwarte neushoorn heeft een schofthoogte van 1,4 tot 1,8 m, is 3 tot 3,75 m lang en weegt tussen de 800 en 1.400 kg. Mannetjes en vrouwtjes hebben een vergelijkbare omvang.

Addax

De addax (of Addax nasomaculatus) is een antilopesoort die voorkomt in afgelegen gebieden van de Sahara. Van oudsher kwam deze soort door heel Noord-Afrika voor, maar nu zijn ze alleen in gebieden in Niger en Tsjaad te vinden. De addax is crèmekleurig, wit of zandkleurig, met bruine markeringen op het gezicht en de snuit. Beide seksen hebben donkere, gedraaide horens, waardoor ze soms ook schroefhoornantilope worden genoemd. De addax kan tussen de 1,2 en 1,3 m lang worden.

Axolotl

De axolotl (of Ambystoma mexicanum) is een amfibie die uitsluitend voorkomt in Mexicaanse zoetwatermeren. Het Xochimilcomeer is hun enige resterende natuurlijke leefomgeving. In het wild zijn ze groen en bruin met donkere vlekken. Axolotls in dierenwinkels zijn echter vaak leucistisch (wit) of hebben andere, felle kleuren. In hun nek vallen de grote kieuwen op. Dat zie je bij alle salamanderlarven, maar vanwege hun leven in het water behoudt de axolotl ze. Het gezicht is breed, met kleine ogen en een grote mond. Ze kunnen 15 tot 45 cm lang worden en wegen gemiddeld zo'n 300 gram.

Algazel

De algazel (of Oryx dammah) is een antilope die voorheen leefde in en rond de Sahara in Noord-Afrika. De vacht van de algazel is crème-wit met bleekbruine vlekken op de nek, borst en poten. Het gezicht is wit met bruine markeringen. De algazel wordt ook wel sabeloryx genoemd, naar de lange, geribbelde, gekromde hoorns van ruim 1 meter lang. Het dier heeft een lengte van 1,3 tot 2,4 meter en een schofthoogte van 1 tot 1,3 meter. De mannetjes zijn met een gewicht van tussen de 140 en 210 kg iets groter en zwaarder dan de vrouwtjes, die tussen de 90 en 140 kg wegen.

Amoerpanter

De amoerpanter (of Panthera pardus orientalis), is een ondersoort van de panter uit gematigde wouden in het Russische Verre Oosten en China. De soort is aangepast aan zowel de warme zomers als de koude winters van het gebied. Deze grote katachtige is stevig en gespierd, met een dikke staart en een breed gezicht en kleine, ronde oren. De kleur van de dichte vacht van de amoerpanter heeft als basiskleur bleekbruin tot oranje, met een witte buik. Het lichaam van het dier is bedekt met zwarte rozetten die naar de poten en onderzijde toe overgaan in dichte zwarte vlekken.

Kleinklauwotter

De kleinklauwotter (of Aonyx cinereus) komt voor in de rivieren en stromen van Centraal- en Zuidoost-Azië en is de kleinste ottersoort ter wereld. Het gestroomlijnde lichaam is bedekt met een bruine vacht, met een witte buik en keel. Kleinklauwotters worden tussen de 72 en 96 cm lang en wegen 2,7 tot 5,4 kg. Er zijn geen zichtbare verschillen tussen de mannetjes en vrouwtjes van deze soort.