Lama
De lama (of lama glama) is een kamelensoort die leeft in de bergen en op de steppen van westelijk Zuid-Amerika. Hij komt van nature voor in Ecuador, Peru, Bolivia, Chili en Argentinië, maar door zijn hoge kwaliteit wol is hij tegenwoordig over de hele wereld als vee te vinden. Het zijn gedomesticeerde dieren die al 4000 jaar lang bij mensen in de buurt wonen als vee en lastdier. Ze hebben een lange nek, lange poten en een stevig lichaam bedekt met dik, ruig haar. Ze kunnen wit, bruin, gevlekt, zwart of grijs zijn.
Gigantische bosschorpioen
De gigantische bosschorpioen (of Heterometrus swammerdami titanicus) is een grote spinachtige van de orde Schorpioenen die voorkomt in de tropische regenwouden van India en Sri Lanka. Het is een flink, zwart dier met een dik pantser van chitine en zeer grote scharen. Het pantser kan een blauwe of groene glans hebben. De scharen van de gigantische bosschorpioen zijn krachtig. Ze kunnen er prooien mee vangen en verbrijzelen. Hun gif is relatief zwak. Waarschijnlijk omdat ze meer op de kracht van hun scharen vertrouwen dan op het effect van hun steek.
Dwerganaconda
De dwerganaconda of gele anaconda (Eunectes notaeus) is een grote wurgslangensoort met gele schubben en bruin-zwarte vlekken op de rug. Hij is voornamelijk te vinden in de zijrivieren en moerassen van het stroomgebied van de Paraguay-rivier, maar daarnaast ook in Bolivia, Argentinië en Brazilië. De dwerganaconda is een generalistisch roofdier, wat betekent dat hij de meeste kleine tot middelgrote dieren die hij kan vangen eet. De soort staat erom bekend dat ze heel groot kunnen worden, ondanks de naam.
Titaankever
De titaankever (of Titanus giganteus) is een extreem grote kever die voorkomt in de tropische regenwouden van Zuid-Amerika. Hij heeft een groot, roodbruin en zwart achterlijf, zwarte tinten op de poten, voelsprieten en het borststuk, en bleke vleugels met een bruin adernetwerk. De stevige kaken van de kever zijn sterk genoeg om takjes door te breken. Beide geslachten hebben vleugels, maar alleen de mannetjes kunnen vliegen. Net als veel diersoorten wordt de titaankever bedreigd door de verwoesting van het regenwoud.
Gewone pofadder
De gewone pofadder (of Bitis arietans) is een giftige slangensoort die wijdverspreid is in Afrika ten zuiden van de Sahara en in het zuiden van het Midden-Oosten. De adder is te herkennen aan zijn gedrongen lichaam, brede kop en doffe schubben. De schubben zijn beige, bruin en zwart en hebben een netvormig patroon. Hierdoor is hij perfect gecamoufleerd op de savannes en in de graslanden waar hij het liefst leeft. De slang beweegt zich langzaam voort, maar hij kan heel snel zijn als hij wordt verstoord. De gemiddelde lengte is 1 meter, hoewel sommige exemplaren bijna 2 meter worden.
Goliathvogelspin
De goliathvogelspin (of Theraphosa blondi) is een extreem grote vogelspin die voorkomt in de tropische regenwouden en moerassen van Suriname, Guyana, Frans-Guyana, Brazilië en Venezuela. Hij is geelbruin van kleur, heeft roodbruine haren, een groot achterlijf met een groot, rond borststuk, dikke, gesegmenteerde poten en verlengde pedipalpen (monddelen). Het vrouwtje is groter dan het mannetje en beide geslachten hebben duidelijk zichtbare extremiteiten aan het eind van hun achterlijf die 'spintepels' worden genoemd. Hiermee maken ze hun webben.
Goliathkever
De goliathkever (of Goliathus goliatus) is een grote insectensoort die voorkomt op de savannes en in de regenwouden van Centraal-Afrika. De mannetjes en vrouwtjes verschillen in uiterlijk en grootte. De mannetjes zijn groter, tussen de 60 en 100 mm, hebben een donkerbruin achterlijf, een bruin borststuk met witte strepen, zwarte poten en een witte kop met een Y-vormige hoorn. De vrouwtjes hebben kortere, dunnere strepen op het borststuk, zijn kleiner (tussen de 50 en 80 mm) en hebben geen hoorn.
Ghanese tijgerslak
De Ghanese tijgerslak (of Achatina achatina) is een grote slakkensoort die voorkomt in de bossen van West-Afrika, met name in Sierra Leone, Liberia, Ivoorkust, Ghana en Nigeria. Ze hebben een grijs lichaam en een kegelvormig huisje dat geel, oranje of geelbruin is met zwarte strepen. Dit opvallende patroon is de inspiratie voor zijn naam. De soort is hermafrodiet: ze hebben zowel vrouwelijke als mannelijke geslachtsorganen. Daarom zijn er geen duidelijke mannetjes en vrouwtjes.
Arizonaschorpioen
De Arizonaschorpioen (of Hadrurus arizonensis) is een grote spinachtige van de orde Schorpioenen. Hij komt voor in de woestijnen in het zuiden van de VS en Mexico. Dit roofdier ligt graag in hinderlaag. Gewoonlijk is hij geel, geelbruin of lichtgroen met donkerdere plekken op zijn rug. De schorpioen graaft zich in het zand in of verstopt zich onder stenen om insecten en kleine gewervelde dieren aan te vallen met zijn gifstekel. De prooi raakt hierdoor verlamd zodat de schorpioen hem kan grijpen met zijn kaken. Als de schorpioen volgroeid is, is hij tussen de 10 en 18 cm lang.
Gravende reuzenkakkerlak
De gravende reuzenkakkerlak (Macropanesthia rhinoceros) is een groot insect dat voorkomt in het struweel en de droge wouden van Noord-Australië. Ze zijn ongeveer 8 cm lang, wegen 30 g en zijn donkerrood-bruin van kleur. Ze worden zo genoemd omdat ze holen graven in het zand tot wel 1 meter diep. Ze zijn populaire huisdieren, omdat ze gemakkelijk te verzorgen zijn en het niet erg vinden als je ze oppakt.